Van Rembrandt tot Vermeer, meesterwerken van The Leiden Collection H’ART Museum, Amsterdam tot 24 augustus

Rembrandt van Rijn, Zelfportret met ogen in de schaduw, 1634. The Leiden Collection

De tentoonstellingen in H’ART Museum staan dit jaar in het teken van de 750ste verjaardag van de stad Amsterdam. De veelkleurige tentoonstelling Happy Birthday Amsterdam bracht tot 17 maart met oude en eigentijdse kunstenaars een ode aan de stad die al eeuwenlang gastvrijheid biedt aan vrije en creatieve geesten. Deze party is over, maar het volgende feest is alweer begonnen. 
 
Aan de hand van topstukken uit The Leiden Collection wordt een beeld geschetst van het dagelijks leven in Amsterdam. De kern van deze expositie bestaat uit 18 Rembrandts die, aldus het persbericht, voor het eerst samen in Amsterdam gepresenteerd worden. De oplettende lezer denkt wellicht: die hebben we toch al eerder gezien? En inderdaad werden in 2023 ook topstukken uit deze privéverzameling getoond. In de huidige tentoonstelling worden de Rembrandts met andere zeventiende-eeuwse meesters uit The Leiden Collection getoond vanuit een verrassende invalshoek: het dagelijks leven in het Amsterdam van de zeventiende-eeuw.
De Rembrandts verkeren in het goede gezelschap van Frans Hals, Jan Steen, Ferdinand Bol, Gerard Dou, Frans van Mieris en een vergeten vrouwelijke kunstenaar: Maria Schalcken; de herontdekte zuster van Godfried Schalcken. Met portretten en interieurstukken schetsten zij een beeld van de toenmalige wereld.     
Het verhaal begint met de jonge Rembrandt (1606-1669) en zijn collega en rivaal Jan Lievens. In dit ‘edel Leidsch schildersduo’ ontdekte Constantijn Huyghens, de kunstminnende secretaris van de stadhouder Frederik Hendrik, in 1626 al aanstormend talent. Op hen volgen thematisch gerangschikt de eerdergenoemde kunstenaars. Het sluitstuk vormt Johannes Vermeers Jonge vrouw aan het Virginaal. Het doek -de enige Vermeer in privé bezit- werd speciaal voor deze tentoonstelling gerestaureerd.

Johannes Vermeer, Jonge vrouw aan het virginaal, ca. 1670-75. The Leiden Collection.


Het leeuwendeel van de getoonde werken bestaat uit portretten van welgestelde zeventiende-eeuwse burgers. Als het gaat over presentatie werden zij niet gehinderd door enige vorm van bescheidenheid. Zolang de welstand werd verkregen door hard werken en een godsvruchtige levenshouding was er niets aan de hand. De Amsterdamse burgervaders en kooplieden hadden het katholicisme ten gunste van de Reformatie afgezworen. Na de Opstand waarmee de Noordelijke Nederlanden het Spaanse juk van zich hadden afgeworpen, was de openbare uitoefening van de katholieke eredienst sinds de late zestiende- tot het midden van de 19e eeuw verboden. Maar de calvinisten hadden het motto van de Heilige Benedictus van Nursia bewaard: Ora et Labora: bid en werk!  Beide werkwoorden kom je in 17e -eeuwse schilderijen veelvuldig tegen, zoals in Jan Steens gebed voor de maaltijd.

Jan Steen, Gebed voor de maaltijd, 1660. The Leiden Collection

Pronken met je rijkdom, je imago versterken met een (zelf)portret, genieten van de goede zaken des levens als eten, drinken, literatuur en muziek: je ziet het in de nu getoonde schilderijen van Rembrandt en tijdgenoten. In vijfenzeventig kunstwerken schetst de expositie Van Rembrandt tot Vermeer alle facetten van het leven in Amsterdam. Mensen spelen de hoofdrol: jong en oud, arm of rijk, mooi én -ik zou bijna zeggen liefst- lelijk. Een doorleefd, door het leven getekend oud gerimpeld gezicht vormt een artistieke uitdaging; niet alleen voor Rembrandt, maar ook voor Jan Steen.

The Leiden Collection
Bij de opening van de expositie in 2023 vertelde de Dr. Thomas S. Kaplan, dat hij als kind al bewondering had voor het werk van Rembrandt. Zijn ouders namen hem mee naar Amsterdam om Rembrandts werk met eigen ogen te zien! Wie had toen kunnen bevroeden dat dit kind later de eigenaar zou worden van de grootste privéverzameling Rembrandt en tijdgenoten. Uit eerbied voor Rembrandt gaf Kaplan  zijn collectie de naam van de geboortestad van zijn held. Hij verzamelde niet alleen voor zichzelf; met reizende tentoonstellingen deelt hij zijn verzameling graag met anderen. Zijn schilderijen zijn sinds 2017 achtereenvolgens in Parijs, Beijing, Sjanghai, Moskou, St. Petersburg en Abu Dhabi te zien geweest. Zijn inzet voor de Nederlandse cultuur is niet onopgemerkt gebleven. Met de benoeming tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau ontving hij in 2018 letterlijk de kroon op zijn werk.

Vrouwen in beeld
In de tentoonstelling zijn behalve een door Maria Schalcken geschilderd werk ook veel portretten van vrouwen te zien. Niet alleen dames van stand, zakenvrouwen, historische, mythologische en Bijbelse vrouwen, maar ook alledaagse types. In een door Tessel ten Zweege gecreëerde verhaallijn passeren ze vanuit feministisch perspectief de revue. 
Nu we het toch over vrouwen hebben… Onder het dak van H’ART Museum kom je tot en met 31 augustus meer over historische vrouwen te weten. Het adres Amstel nummer 51 herbergt ook Museum van de Geest en het Amsterdam Museum, dat met de tentoonstelling Vrouwen van Amsterdam een ode brengt aan 100 bekende en onbekende Amsterdamse vrouwen die de geschiedenisboeken nooit gehaald hebben. Museale objecten, persoonlijke voorwerpen en hedendaagse kunstwerken vertellen het verhaal van inspirerende kunstenaars, invloedrijke ondernemers, onvermoeibare activisten en toegewijde sleutelfiguren in volksbuurten. Via een combiticket kunnen alle tentoonstellingen in het gebouw worden bezocht.

Lezingen bij de tentoonstelling:
Woensdagochtend   23 april 10.00 uur in de Cultuurhoek Driebergen                        
Vrijdagochtend        25 april 10.00 uur in de Oosterkerk Zeist
Donderdagavond       8 mei   20.00 uur in de Oosterkerk Zeist

Inschrijven voor de lezing kunt u hier. 

Link : Museum H’art Van Rembrandt tot Vermeer, meesterwerken van The Leiden Collection

Rembrandt en tijdgenoten: historiestukken uit The Leiden Collection. Tot en met 27 augustus in de Hermitage Amsterdam.

Rembrandt, Borstportret van een oude man met baard, 1633, olieverf op papier op paneel (10.6 x 7.2 cm)

Tijdens de voorbezichtiging van Love Stories, de eerste tentoonstelling na het verbreken van de banden met Rusland, beloofde directeur Annabelle Birnie vast te houden aan de oorspronkelijke doelstelling van het museum: het vertellen van mooie verhalen.

Met topstukken uit The Leiden Collection doet de Amsterdamse Hermitage haar belofte gestand. De expositie vormt bovendien een mooi vervolg op de Hollandse Meesters die hier in het voorjaar van 2018 te zien waren.

Amerika telt verschillende grote privéverzamelingen, die tijdens de zogeheten Gilded Age door nieuwe rijken als Henry Clay Frick, John Pierpont Morgan en Isabella Stewart Gardner bijeen werden gebracht. De Leiden Collection van het echtpaar Kaplan dateert van later datum. Met ca 250 tekeningen en schilderijen is deze een van de belangrijkste privécollecties van Hollandse meesters. Anders dan gebruikelijk bij Amerikaanse verzamelingen draagt de collectie niet hun naam. Als eerbetoon aan hun favoriet Rembrandt (1609-1669) kozen de Kaplans de naam van zijn geboortestad.

Tijdens een bevlogen inleiding haalde Dr. Thomas Kaplan Cicero aan. De Romeinse redenaar bestempelde dankbaarheid als de moeder van alle deugden. Met deze zienswijze is Kaplan het helemaal eens. In dankbaarheid ligt de kiem van geluk besloten. Het vermogen om te kunnen genieten en plezier en blijdschap aan anderen door te geven vloeit daaruit voort.

Weinigen zullen ontkennen dat dankbaarheid Kaplan past. Indachtig zijn filosofie wil de collectioneur ook anderen van zijn schilderijen laten genieten. Sinds 2017 is de imposante Leiden Collection op wereldtournee, maar in Amsterdam komen de daar en in Leiden ontstane werken even thuis. In deze stad zag Kaplan als 10-jarige zijn eerste Rembrandts. Ze zijn nooit meer uit zijn gedachten geweest! Dat ervoeren ook Rembrandts eigentijdse en latere collega’s. In het werk van Rembrandt inspireerde tal van kunstenaars, zoals Turner, diverse Impressionisten en Postimpressionisten, Picasso en Lucian Freud.  

Wie is Dr. Thomas Kaplan? Je kunt beter vragen wie is hij niet. In het persbericht worden zijn talrijke hoedanigheden genoemd. Zijn talenten wendt hij letterlijk en figuurlijk aan ter bevordering van culturele en kunstzinnige activiteiten èn tot behoud van onze planeet. Voorafgaand aan de opening van de tentoonstelling ontmoeten we hem in de gedaante van een bevlogen kunstliefhebber.

Pieter Lastman, David overhandigt Uria de brief voor Joab, 1619, the Leiden Collection

De expositie opent met een enorme blow-up van een werk van Rembrandts leermeester Pieter Lastman, David overhandigt Uria de brief voor Joab, uit 1619. De doorsnee beschouwer ziet onmiskenbaar een dramatische scène, maar wèlk drama zich hier afspeelt is zonder kennis niet duidelijk. Bijbelvaste bezoekers herkennen hier echter het minder mooie verhaal van koning David. Hij stuurt de echtgenoot van zijn minnares Bathseba, naar het front, zodat hij met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal sneuvelen. Kenners wisten dat deze euveldaad niet onbestraft bleef. Mooi verpakt bevatten historiestukken niet zelden een moraliserende boodschap: zo niet doen!

In de expositie ziet de bezoeker werken van bekende en minder bekende historieschilders als Ferdinand Bol, Carel Fabritius, Gerrit Dou, Frans van Mieris, Aert de Gelder, Godfried Schalcken en Jan Adriaensz van Staveren en ook -wellicht tot veler verbazing- Jan Steen!  

Jan Steen, het feestmaal van Marcus Antonius en Cleopatra, ca. 1673-1675, the Leiden Collection

Het stuk waar alles om draait is Rembrandts op groot formaat geschilderde Minerva, de godin van de wijsheid uit 1635. Geen Griekse schone, maar een volbloed Hollandse deerne. Voor de aankleding deed Rembrandt een greep uit zijn verkleedkist (of fantasie). Hij zette haar neer in een japon van bijna tastbaar zilvergrijs satijn met een goudglanzende omslagdoek. Getooid met een lauwerkrans op haar loshangende blonde haar. Haar mollige hand rust op een vuistdik boek vol geleerdheid, dat in verschillende andere werken fungeert als Bijbel of rekeningenboek (Staalmeesters).  

Rembrandt van Rijn, Minerva in haar studeervertrek, 1635, Part. Collectie

Het werk is een zogeheten historiestuk. Een schilderij met een historisch, mythologisch of bijbels onderwerp. Karel van Mander, zelf schilder, bestempelde het historiestuk in zijn Schilder-boeck uit 1604 als de hoogste vorm van schilderkunst. Met zijn uitleg over aanbevolen onderwerpen, onder meer ontleend aan Ovidius Metamorfosen en de wijze waarop deze moesten worden verbeeld werd zijn ‘schilders bijbel’ een invloedrijke inspiratiebron voor 17e -eeuwse meesters. Deze tak van schilderkunst genoot in de kunsttheorie van de 17e eeuw het meeste aanzien. Waarom?

Dat verneemt u in deze expositie die tot en met 27 augustus in de Hermitage te zien is. En binnenkort leest u meer op www.uitdekunstmarina.nl

Hermitage Amsterdam; Rembrandt & tijdgenoten, historiestukken uit The Leiden Collection

Ga voor de voorbije tentoonstelling Hollandse meesters uit 2018 naar:

Geverifieerd door MonsterInsights