La Superba

Cultureel nazomeren aan de Ligurische kust  

Rubaldo Merello, Portofino, 1905-06. Galleria d’Arte Moderna, Nervi. Foto Marina Marijnen.

La Suberba stond laag op mijn bucketlist tot ik uit betrouwbare bron vernam dat een reis naar Genua echt de moeite waard was. Moeite kostte het inderdaad. Na de lockdown wilde heel Nederland blijkbaar uitvliegen, wat ook in september 2021 al voor de inmiddels overbekende chaotische taferelen op Schiphol zorgde. Tot zover het slechte nieuws…

Terwijl herfstbuien Nederland teisterden, wachtte ons een heerlijke nazomer aan de Ligurische kust. In het navolgende lees je een impressie van een bliksembezoek aan la Superba; de stad van Columbus en Ilja.

Genua draagt sinds de Middeleeuwen de bijnaam La Superba en onderscheidt zich zo in haar wedijver met die andere havenstad, Venetië, bijgenaamd la Serenissima. La Superba de trotse, de hoogmoedige tegenover la Serenissima de meest serene, ingetogene.
Op cultureel gebied hebben de Genuese musea veel te bieden, maar daarbuiten is trots tegenwoordig misplaatst. Naast de hooggelegen snelweg, de Sopraelevata, die de stad langs de oude haven doorsnijdt herinneren prachtige palazzi aan de glorie van weleer, maar de aanblik ervan wordt ontsierd door latere bebouwing. 

Het Palazzo San Giorgio aan de Porto Antico is daar een voorbeeld van. In dit fraaie onderkomen van de Bank van San Giorgio zetelde in vroeger tijden het stadsbestuur. Voor liefhebbers van de verhalen van Marco Polo: in het van oorsprong van de 13e eeuw daterende gebouw vertelde hij zijn avonturen aan een celgenoot, Rustichello da Pisa, waarna ze wereldkundig werden.  

Palazzo San Giorgio met de hoge snelweg Foto Marina Marijnen

Nabij de als bezienswaardigheid aangeprezen Porto Antico wordt de bezoeker letterlijk en figuurlijk een (reuzen)rad voor ogen gedraaid.
Maar in het Museo Galata Mare waar de maritieme geschiedenis van de stad getoond wordt is trots wèl gepast. Hier wordt de ontwikkeling van de scheepvaart, van roeispaan tot oceaanstomer in beeld gebracht. De expositie begint met een zaal gewijd aan Cristoforo Colombo (1451-1506), waarbij prangende vragen gesteld worden: als is-tie nou echt in Genua geboren of niet en hoe zag hij eruit? Op grond van beschrijvingen van Columbus zoon Fernando maakte Ridolfo di Dominico Bigordi het postume, overbekende portret van de zeevaarder.

Ridolfo di Dominico Bigordi, Portret Christoforo Colombo, Museo Galata Mare, Genua

Met authentieke documenten en scheepsmodellen van de Santa Maria, de Pina en de Nina, waarmee Columbus van wal stak, wordt zijn -vanuit Europees perspectief- ‘ontdekking van Amerika’ geïllustreerd. Een kanttekening is hier tegenwoordig wel op zijn plaats, want voor de oorspronkelijk bewoners viel er niets te ontdekken. Voor hen betekende de komst van de Europeanen vooral onderdrukking en narigheid.

Ik ontdekte dat mijn kennis van dit hoofdstuk uit de wereldgeschiedenis een beetje was weggezakt. Behalve dè veelbeschreven reis van 1492 maakte Columbus nog vier reizen. Hij meende de reeds bekende ‘Indias’ te hebben bereikt, maar nu bezeild vanuit het Westen.  

Amerigo Vespucci besefte in 1499-1500 dat hij, in het kielzog van Columbus, nìet Indië, maar een voor Europeanen onbekende wereld had bereikt. Korte tijd later werd deze nieuwe wereld in 1507 en 1538 door de cartografen Waldseemüller en Mercator als Terra Americi op de kaart werd gezet.  

Een andere Genuese held is Andrea Doria, wiens naam beter bekend is van het ongeluksschip dat in 1956 op weg naar New York na een aanvaring in dichte mist verging. Zijn faam stamt echter uit een ander verhaal. Andrea Doria (1466-1560), lid van een destijds verarmde adellijke familie, ging noodgedwongen in militaire dienst. Hij klom op tot admiraal van de Genuese vloot. Een volgende stap in zijn carrière bracht hem in 1528 in dienst van Karel V, waarmee de Gouden Eeuw van Genua begon. Je komt zijn naam ook in andere Genuese musea doorlopend tegen. In de crypte van de Chiesa di San Matteo vond hij zijn laatste rustplaats. Het Palazzo del Principe, zijn in renaissancestijl opgetrokken woonstede, is met wandtapijten en fresco’s met zeeslagen zeer bezienswaardig. Dat geldt ook voor de eveneens met zijn familienaam verbonden Galleria Doria Pamphilij in Rome, waarover u elders op deze site kunt lezen.

We zijn echter nog in het maritieme museum, waar je wandelend door de geschiedenis ziet hoe Genua van een klein vissersplaatsje uitgroeide tot een wereldhaven van formaat. Je kunt een kijkje nemen in een op ware grootte gereconstrueerde galei, voortbewogen door slaven. Geketend aan een zittend bestaan kregen deze, in politiek correct Italiaans: ‘schiavizzati’ toch voldoende beweging. Tijd en gelegenheid voor een rustig genoten maaltijd of sanitaire ontspanning was er niet. De arme drommels moesten uit een gezamenlijke schaal snel (door)eten anders kwamen ze niet aan de bak. Zowel het foerageren als het defeceren vond op dezelfde zitplaats plaats… Het was voor een galei met oorlogsplannen dan ook vrijwel onmogelijk om de vijand onopgemerkt te naderen, want het schip stonk een uur in de wind!
Ik doe nog een ontdekking. Om hun concurrenten op zee en dus economisch gebied een slag voor te blijven ontwikkelden de Genuezen een supergroot voorzeil… Nooit stilgestaan bij de historische herkomst van de benaming van dit zeil dat ik zo vaak heb gehesen!

Galley, Museo Galata Mare, Genova

Vlak voordat ik mijn lezing over Artemisia Gentileschi zou geven, zag ik hier een schilderij met een in aanbouw zijnde galei, geschilderd door de man die Artemisia met geweld tot de zijne maakte: Agostino Tassi (1605-1644). Het vak, waarin hij Artemisia op verzoek van haar vader Orazio lesgaf, is ook in deze afbeelding van een galei, perfect toegepast: het perspectief. Link: Artikel Artemisia Gentileschi

Indrukwekkend is de reconstructie van een passagierschip, waarop talloze Italiaanse emigranten in de late 19e en vroege 20e eeuw, hopend op een betere toekomst, scheepgingen. Loketten bemand door strenge douanebeambten, een scheepsruim vol met ijzeren bedden en foto’s van bange, verwachtingsvolle en blije emigranten brengen zo’n reis in beeld.  Verderop wordt ruim aandacht besteed aan de eigentijdse vluchtelingstromen, waarmee Italië van alle kanten wordt overspoeld.

Wind in de zeilen
Tenslotte wandelt de bezoeker door een zaal met realistisch en impressionistische havengezichten en scheepsportretten. Leuk om hier twee schilderende landgenoten te ontdekken. Vissers die hun netten binnenhalen door Ludolph Georg Julius Berkemeyer (1864-1931) en een impressie van de Haven van Rotterdam door de in ons land weinig bekende Marinus Johannes Drulman detto de Jongere (1912-1977).

Met wat “kruip door sluip door” smalle straten en steegjes bereiken we het Museo di Palazzo Reale een van de grootste en mooiste woonstedes van de Genuese ricchi . Rond het midden van de 17e eeuw werd het huis, dat sinds 2006 op de werelderfgoedlijst van Unesco staat, in opdracht van de zijdehandelaar Stefano Balbi gebouwd. Na hem betrok de bankiersfamilie Durazzi het Palazzo. Voor de inrichting en aankleding werden kosten noch moeite gespaard. In handen van de koning van Sardinië Carlo Felice, die het paleis in 1824 kocht, kreeg het toch al vorstelijke gebouw koninklijke allures. Zijn goud vergulde met purperkleurig fluweel beklede troon en kroon zijn te bewonderen.

Troon en Kroon van Carlo Felice. Museo di Palazzo Reale. Genua. Foto Marina Marijnen.

In het paleis met zalen vol antieke sculpturen zijn ook talrijke barokke schilderijen te zien zoals Tintoretto’s Portret van een Edelvrouw met een handschoen, een Portret van Caterina Balbi Durazzo en een Gekruisigde Christus door Antoon van Dyck, De strijd tussen Perseus en Phineas door Luca Giordano om enkele namen te noemen. Ook onze eigen Gerrit van Honthorst is aanwezig met een in prachtig chiaro-scuro weergegeven Bewening. Aan zijn vaardigheid om te toveren met licht en schaduw dankte de uit Utrecht afkomstige schilder zijn bijnaam Gherardo delle notti.

Gerard van Honthorst, bewening van Christus, 1612-1613, Palazzo Reale Genua

Na een rondgang door de zalen met adembenemende inrichting en duizelingwekkende plafondschilderingen is het leuk om vanaf de cortile d’onore nog even een oogverblindende blik op het levendige Genua te werpen. Kom daarna op adem in de daaronder gelegen heerlijke stadstuin met ‘antieke’ mozaïeken.

Palazzo Reale tuin met impressie van de omgeving, Foto Marina Marijnen

Hierna vinden wij onze weg naar het Palazzo Spinola, het onderkomen van de Gallerie Nazionali. Het werd sinds de 16e eeuw eveneens door gefortuneerde families bewoond: de Grimaldi’s, de Doria’s en de Spinola’s. Met 17e en 18e-eeuwse meubelstukken, objecten van toegepaste kunst, prachtige fresco’s en plafondschilderingen is ook hier het predicaat adembenemend niet misplaatst. De bezoeker komt zichzelf in de schitterende spiegelzaal meermaals tegen. En dan hebben we het alIeen nog maar over het decor waartegen de kunstwerken van schilders van internationale naam en faam mooi uitkomen. Zoals het door Antoon van Dijck ten voeten uit geschilderde Portret van Ansaldo Pallavicino en zijn zoon van wie ook een lieflijk fragment met een speels wegkijkend klein jongetje te zien is. Uit de werkplaats van Van Dijcks leermeester Peter Paul Rubens bezit het museum de Madonna della Cesta en Guido Reni tekende voor een schilderij met Amor Sacro en Amor profano, de heilige en profane liefde.

Guido Reni, Amor Sacro en Amor profano, de heilige en profane liefde, foto Sailko, Wikimedia

Een Rembrandtesk Offer van Abraham van de hand van Orazio Gentileschi, zag ik in 2018 nog in de Utrechtse tentoonstelling Caravaggio en Europa. Van de gevierde Siciliaanse meester Antonello da Messina tenslotte wordt een deerniswekkende Ecce Homo getoond. Na deze emotievolle schilderijen en barokke overdaad komt de bezoeker in de historische keuken met 19e -eeuwse inrichting weer met beide benen op de grond. Ook al zijn we in Italië, het is niet moeilijk om je hier even in de sfeer van upstairs downstairs van de succesvolle serie Downton Abbey te wanen. Met wat fantasie komen de kok Mrs. Patmore en butler Carson zo binnenlopen!

Museumpark Nervi
De rust van het aan zee gelegen museumpark van Nervi, een voorstad van Genua, staat in schril contrast met de enerverende bedrijvigheid in het centro storico van Genua. Ook als je de in het park gelegen musea overslaat is het een bezoek waard. Je kunt een heerlijke wandeling door het park en over de hoog boven de rotsen aangelegde promenade, de passeggiata Anita Garibaldi maken.

Passeggiata Anita Garibaldi, Nervi. Foto Marina Marijnen

Het wekt geen verbazing dat verschillende gefortuneerde families hun oog hier op een bouwkavel lieten vallen. Onder wuivende palmen en metershoge exoten zijn de Villa Saluzzo Serra, de Villa Grimaldi en de Villa Luxoro met een combi-ticket te bezoeken. De eerste huisvest de Galleria d’Arte Moderne, in de Villa Grimaldi ziet men de verzameling Frugone en in het vlak aan zee gelegen Museo Giannettino Luxoro worden uurwerken en voorwerpen van decoratieve kunst getoond.

Vlakbij de Galleria d’Arte Moderne vind je het vierde museum in dit park: de collectie Wolfsonia. In dit moderne gebouw is de collectie van Mitchell Wolfson Jr. ondergebracht. De in Miami geboren diplomaat, kunsthistoricus en mecenas verpandde zijn hart, dat hij al eerder verloren had in Genua, aan kunsten en wetenschappen. Het museum herbergt verschillende stijlkamers. Een met prachtig houtsnijwerk uitgevoerd slaapkamer met een pyramide bed in oriëntaalse stijl door Alberto en Fabio Fabbi uit ca. 1890. De in art nouveau uitgevoerde salon werd in 1902 ontworpen door Luigi Fontana. Bijzonder leuk en uniek is de bewaard gebleven kinderkamer die in 1921 werd ingericht door Antonio Rubino. Educatieve wandplaten met pedagogische strekking ondersteunen de levenslessen die kindermeisjes moesten uitdragen. Een afbeelding van een bambino cattivo toont hoe het niet-, en een van een bambino buono laat zien hoe het wèl hoort!

Antonio Rubino, Interieur kinderkamer, 1921. Collectie Wolfsoniana, Nervi. Foto Marina Marijnen.

Reclame- en publiciteitsaffiches uit het fin de siècle en de vooroorlogse jaren geven een interessant tijdsbeeld. Mooie dames in badpak adverteren een heerlijk verblijf in Rapallo en Santa Margherita Ligure, waar je van juni tot september in zee kunt zwemmen. Op andere affiches wordt reclame gemaakt voor de eerste Fiat modellen, aangeprezen door een in fascistisch kinderuniform gestoken jochie. En tekenend voor het tijdsgewricht: koloniale affiches waarmee rekruten worden opgeroepen voor dienst in Eritrea en Abessinië. Interessant als documenten van de technologische vooruitgang in de vooroorlogse jaren zijn ook de affiches van Ernesto (Michahelles) Thayaht’s Grande Nocchiere uit 1939, waarop een futuristische roerganger, geflankeerd door een eskader vliegtuigen, op koers blijft.

Daarnaast geven ook gebruiksvoorwerpen in vooroorlogs design een beeld van lang vervlogen tijden en vergeten gewaande herinneringen. Zoals de denkbeeldige raket, een metaalblauwe stofzuiger, waarop ik als klein meisje wegvloog.   

Bijzonder zijn ook de sculpturen van twee Baci (kussen) die ik hier ontdek. In de smaakvol ingerichte Bagno zie ik mijn beeltenis in een spiegel die omlijst wordt door een kussend stel. Niets bijzonders, maar met de bronzen sculptuur van twee elkaar op de mond zoenende vrouwen, Il Bacio was Alimondo Ciampi’s in 1926 zijn tijd ver vooruit.

Alimondo Ciampi, Bacio, 1926 .


Graag neem ik u last but not least, nog even mee voor een virtueel bezoek aan de Galleria d’Arte Moderna in de naar de voormalige eigenaren genoemde Villa Saluzzo Serra. Genrestukken, historiestukken, Romantische, Impressionistische en Futuristische 19e en 20e eeuwse werken geven een goede indruk van de schilder- en beeldhouwkunst aan de Ligurische kust. In de eerste zaal maakt een verrassend doek, het onmogelijke mogelijk: visit Italy in one day!  In zijn monumentale Veduta Fantastica dei Principali Monumenti d’Italia uit 1858 creëerde de in Amsterdam geboren in Nederland weinig bekende Petrus Henricus Theodor Tetar van Elven (1828-1908) een gedroomde contaminatie van alle landschappelijke en architectonische hoogtepunten van Bel Paese. Boven de grillige kustlijn van Genua verheft zich op majestueze wijze de dom van Milaan, geflankeerd door de Venetiaanse kathedraal van San Marco. Ook Palladio’s Villa Rotunda is weergegeven naast de cupola van Brunnelleschi en het torentje van Pisa. Daarnaast, het paste nog net, tekenen de zuil van Trajanus en de Sint Pieter zich af tegen het decor van de Vesuvius.

Petrus Henricus Theodor Tetar van Elven (1828-1908), Veduta Fantastica dei Principali Monumenti d’Italia, 1858.

Het zou zomaar een manifest kunnen zijn van voorstanders van de Italiaanse eenwording, die in de ontstaanstijd van dit werk actueel was. Deze wens kreeg ook gestalte in Enrico Gamba’s Il Voto di Annessione Dell’Abruzzo, plebiscito Nella Campagna Romana uit 1861. Het doek was twee jaar geleden in de tentoonstelling Sprezzatura in het Drents Museum in Assen te zien. Gewapend met de Italiaanse driekleur trekt een groep voorstanders van de Italiaanse eenwording aan het oog van de beschouwer voorbij. In 1861 was het zogenoemde Risorgimento, althans op papier, een feit. Maar de aldus verenigde Italianen waren er nog lang niet. In mijn bespreking van die tentoonstelling, citeerde ik de woorden van politicus en schilder Massimo d’Azeglio …..’de eenheid van Italië is een feit…nu de Italianen nog’…  Link: Sprezzatura

Serafin Avendaño, Riviera di Genova Lo Scoglio Di Quarto, 1881
Alberto Issel, Jugendstil interieur

In de smaakvol ingericht voormalige woonvertrekken van de Villa Saluzzo Serra zie je prachtige landschappen van Tammar Luxoro en Boudin en een Jongkind-achtig kustgezicht van Serafin Avendaño uit 1881. Verrassend is Alberto Issel’s Breitnerachtige scène met een bivak soldaten die zich rond een vuur verwarmen uit 1870 en enkele impressionistische landschapjes. Nog verrassender is het door dezelfde kunstenaar in Jugendstil ontworpen meubilair. Getroffen door blindheid boog hij zijn artistieke talenten, getuige een met groene zijde beklede bank en een bijpassende buffetkast, op verdienstelijke wijze om.

De groten van de Italiaanse geschiedenis, met wie u al kennismaakte: Cristoforo Columbus, Andrea Doria en Nicolò Paganini hebben hier met hun portret ook een plek gevonden.

Verderop ontdek ik nog meer helden van de Sprezzatura tentoonstelling: Plinio Nomellini met een monumentale impressie van een schip in aanbouw, The Worksite uit 1907, en een eveneens monumentaal doek met de veelzeggende titel New People, dat in geëxalteerde symbolistische vormentaal en kleurstelling de nieuwe Italiaanse mens van de eenwording in beeld brengt.

Hoogtepunt van het Italiaanse Impressionisme, vormt een reeks kleurrijke impressies van schilderachtige plekjes aan de Ligurische kust, door één van de zogenoemde Machiaioli (de vlekkenmakers): Rubaldo Merello, waarmee een aparte ruimte is gevuld.

Rubaldo Merello, Land- en kustgezichten Ligurië, Nervi. Foto Marina Marijnen.
Alessandro Milesi, Al Cafè

Bij het Palazzo Grimaldi Fassio, met de verzameling van de gebroeders  Frugone, stonden we voor een gesloten deur, maar na enig kloppen ging die toch van het slot en werden we uiterst vriendelijk ontvangen. Tussen de portretten, genrestukken, landschappen en sculpturen zagen we bekende Hollandse taferelen met molini en ragazze Olandese van Richard Miller. En meer voorbeelden van op zeventiende eeuwse èn recente voorbeelden van Hollandse schilderkunst geïnspireerde werken, zoals een Theo van Rijselberghe-achtige dame in de tuin, In Giardino en een op Manet geïnspireerd doek van Alessandro Milesi, Al Cafè.

Ook hier zie ik enkele bekende namen uit de Drentse tentoonstelling terug: Tranquillo Cremona, met portret van l’Amico Roberti in de stijl van Frans Hals. Alsook werken van Giuseppe De Nittis, en een pikante Donna Coricata en een Signora in Bianco nel Giardino, en een verstilde impressie van enkele dukdalven nabij Venetië uit 1902.

Giuseppe De Nittis, Dukdalven bij Venetië 1902

Dat we tenslotte, na het zien van bovenbeschreven collecties bij het Museum Luxoro ook voor een gesloten deur stonden, voelde als een opluchting. Verlangend naar een welverdiende Spritz en een Birra Moretti wachtte ons toch een teleurstelling, want bars en ristorantes waren hier, begin oktober, met heerlijk nazomerweer, -einde seizoen- al gesloten! Gelukkig hadden we ons gelaafd aan alle kunstwerken!


3 gedachten over “La Superba”

  1. Dag Marina,

    Wat een heerlijke rondreis langs de kunst in Genua zo achter mijn beeldscherm. Dank je wel hiervoor.

    PS Ik had mij ook nooit gerealiseerd waar die naam genua voor het grote zeil vandaan kwam.

  2. Heerlijk om relaxed je beschrijvingen te beleven
    En niet door de zomerse drukte te hoeven reizen! Super, Marina, Dank je wel

    1. Ha Marina,
      Wat een prachtig verhaal over Genua. En dan weet ik eindelijk ook waar de genua( nu heb ik het over het voorzeil) vandaan komt!

Reacties zijn gesloten.

Geverifieerd door MonsterInsights