
Het Amsterdamse Van Gogh Museum trekt het hele jaar grote bezoekersaantallen. Dat geldt helaas niet voor veel musea in de provincie. Met de veelbelovende titel Hoe van Gogh naar Groningen kwam proberen de samenstellers kunstliefhebbers te enthousiasmeren om ‘in het voetspoor van Van Gogh’ naar de het Noorden af te reizen. Het lijkt een publiciteitsstunt, maar de titel van de tentoonstelling is niet uit de lucht gegrepen. Toen nog vrijwel niemand hem kende was hier in 1896 een allereerste aan Vincent van Gogh gewijde tentoonstelling van grootstedelijke allure te zien.
De hedendaagse expositie vertelt het verhaal van een groep vooruitstrevende Groningse studenten die tussen 1896 en 1897 acht tentoonstellingen organiseerden. Daarmee brachten zij destijds moderne, eigentijdse kunst onder de aandacht van het publiek.
De werken van Van Gogh, Jan Toorop, Johan Thorn Prikker, Belgische symbolisten en Franse prentkunstenaars als Henri de Toulouse-Lautrec deden de Groningers destijds niet alleen versteld staan, maar wekten ook de kooplust van lokale verzamelaars. In deze ontwikkeling speelde de geschiedenis student Johan Huizinga, later beroemd geworden met zijn Herfsttij der Middeleeuwen, een belangrijke rol.
Door Van Gogh naast generatiegenoten en latere bewonderaars te presenteren is zijn invloed in vrijwel alle gevallen in een oogopslag duidelijk!

Van Goghs destijds in Groningen getoonde werken openden ook de ogen van docenten en studenten van kunstacademie Minerva. Ze vormden (indirect) een belangrijke inspiratiebron voor een nieuwe generatie: Johan Dijkstra, Jan Altink en andere leden van het in 1918 gestichte kunstenaarscollectief De Ploeg. Hun werk en dat van hedendaagse studenten van Minerva is eveneens in de Groninger expositie te zien.
Historie
Tegenwoordig is Groningen een levendige studentenstad. Het wekt wellicht verbazing dat hier op cultureel gebied ook in de late 19e en vroege 20e eeuw al veel te beleven was. De hoofdstad van de meest Noordelijke Nederlandse provincie was sinds de aanleg van het spoor in 1870 goed bereikbaar. De stad had een concertzaal, een schouwburg en een Oudheidkundig museum, maar moderne kunst ontbrak. Zes studenten besloten daar verandering in te brengen. In de Museumtip van NPO klassiek vertelde conservator Belle de Rode op 1 december jl. hoe zij dat deden. ‘Om de stad wat op te fleuren’ nodigden zij Thorn Prikker, Van Hoytema en anderen uit om hun werk in Groningen te laten zien. Jo Van Gogh-Bonger werd eveneens benaderd met het verzoek om het werk van haar zwager in Groningen ten toon te stellen. Jan Toorop was destijds ook te zien. Aan de artistieke omnivoor -of beter kameleon, want hij veranderde vaak van stijl- Jan Toorop besteedt de tentoonstelling uitgebreid aandacht. In zijn werken is Van Goghs invloed duidelijk aanwezig.
Dat geldt eveneens voor Johan Thorn Pricker, enkele Belgische symbolisten en Franse prentkunstenaars, waaronder Henri de Toulouse-Lautrec. Het werk van deze vernieuwers binnen de bestaande kunstorde, was eind 19e eeuw in het hoge noorden al te zien!

De vraag òf Van Gogh naar Groningen kwam kan niet bevestigend worden beantwoord. Zoals in een de voorbije tentoonstelling Op reis met Vincent in Assen te zien was is hij niet verder gekomen dan Drenthe. Hoe hij toch in Groningen belandde wordt in deze deels historisch gereconstrueerde tentoonstelling duidelijk. Met de zending van 128 werken uit de collectie van Jo Van Gogh-Bonger, kwam Vincent Van Gogh in 1896 wel degelijk naar Groningen. Deze expositie gaf een belangrijke impuls aan de waardering van het destijds als zeer ongebruikelijk ervaren kleurrijke werk van haar in 1890 overleden miskende zwager. De bezoeker ziet het portret dat Johan Cohen Gosschalk, met wie Jo Bonger in 1901 hertrouwde, van haar maakte.

In 1905 zou Jo Vincent met een groot overzicht in het Amsterdamse Stedelijk Museum voorgoed op de kunsthistorische kaart zetten. Sindsdien namen de prijzen voor Van Goghs schilderijen een hoge vlucht, maar zover was het destijds in Groningen nog niet.
Wat krijgt de bezoeker nu van Van Gogh te zien?
Met archiefmateriaal, foto’s, informatie uit oude catalogi en niet in de laatste plaats 40 bruiklenen wordt het verhaal van die veelbetekenende historische tentoonstelling in beeld gebracht. De bezoeker wordt niet alleen over de kunsten, maar ook over de historische context geïnformeerd. De presentatie van enkele wetenschappelijke instrumenten geeft een impressie van de contemporaine vooruitgang van wetenschappelijk onderzoek aan de Groningse Universiteit, bezorgd door knappe mannelijke koppen. Bij een foto van een klas van kunstacademie Minerva in 1917 doe ik een bijzondere ontdekking. De samenstelling van de mannelijke en vrouwelijke studenten is, voor die tijd uitzonderlijk, de dames zijn zelfs nipt in de meerderheid!
Als gezegd kwamen verschillende docenten van Minerva onder Van Goghs betovering. Ook Franciscus Hermanus Bach, van wie je in de Groningse stationshal een reeks tegelplateaus in academische stijl kunt zien, werd aangeraakt door de stijl van Van Gogh. Nadat hij zijn werk in 1896 had gezien begon hij zich toe te leggen op de verbeelding van het Groningerland. Deze keuze werd later veelvuldig nagevolgd door de leden van de Ploeg. Lang na de besproken tentoonstelling in Groningen bezochten zij de toonzaal van Helene Kröller-Müller in Den Haag, waar ruim honderd werken van Van Gogh te zien waren. In het werk van Johan Dijkstra, Landschap met struikgewas en akker en Jan Altinks, Groninger landschap, is Van Goghs invloed overduidelijk.


1. Johan Dijkstra, Landschap met struikgewas en akker, ca. 1924-1925, olieverf op doek, 50 x 59,5 cm (verso van Johan Dijkstra, Fietser in het park, ca 1924-1925). Collectie Stichting De Ploeg, bruikleen Groninger Museum.
2. Jan Altink, Groninger Landschap 1947, 50 x 60. RCE bruikleen aan Groninger Museum
Reconstructie
Op grond van correspondentie en krantenartikelen zijn de samenstellers van de expositie erin geslaagd om 60 van de in 1896 geëxposeerde werken te identificeren. Dat was gezien de summiere beschrijvingen van de nog niet met de hedendaagse titels aangeduide werken een hele opgave. De duiding van het werk dat als volgt werd omschreven zorgde echter niet voor hoofdbrekens:
…’zeer hardgeel, bijna schreeuwend geel; daarboven een hemel van een pijnlijk doodelijk blauw en uit den stroom van het koren vliegen eenige zwarte raven omhoog’…
Deze woorden roepen het letterlijk en figuurlijk dramatische Korenveld met kraaien op, dat Vincent kort voor zijn zelfverkozen dood in 1890 schilderde.

Vincent van Gogh, Korenveld met kraaien, 1890, olieverf op doek, 50,5 x 103 cm. Van Gogh Museum, Amsterdam (Vincent van Gogh Stichting
Gezien de enorme waardestijging van zijn schilderijen konden de destijds getoonde werken van Van Gogh niet nogmaals naar Groningen komen. De bezoekers moeten het doen met 25 tekeningen en tien schilderijen die in 1896 te zien waren. Zoals het Papaverveld, een Olijfgaard uit 1889, het Portret van Etienne-Lucien Martin, die met zijn forse gestalte maar net binnen de lijst past en Vincents Zelfportret met hoed uit 1887 dat tot en met 2 februari te zien was.

Van Goghs in 1896 getoonde portret van Patience Escalier (1888) inspireerde niet alleen Johan Dijkstra tot een soortgelijke beeltenis van een rustende opzichter; ook Henk Melgers modelleerde zijn zelfportret uit 1923 naar dit voorbeeld en in F.H. Bach’s getekende zelfportret uit 1908 is Van Goghs evenmin ver weg.

Amsterdam (Vincent van Gogh Stichting). Als nr. 23, Mansportret op de Groningse tentoonstelling in 1896.


1.Vincent van Gogh, Portret van Patience Escalier (1888), doek 64 x 55 cm. Simon Norton Art Foundation, Pasadena
2. Henk Melgers, Zelfportret, 1923. Doek 60 x 50 cm. Stichig de Ploeg, bruikleen Groninger Museum.
Om toch een idee te geven van die befaamde tentoonstelling zijn de ‘hangplekken’ van de destijds getoonde werken op de wanden van de Van Goghzaal aangegeven. Met reproducties wordt het gemis aan authentieke Van Goghs op een leuke manier gecompenseerd. De bezoeker mag de replica’s gewoon in de hand nemen om ze beter te bekijken.
De vraag hoe Van Gogh in Groningen kwam is inmiddels duidelijk, maar hoe hij daar is gebleven wordt eveneens uit de doeken gedaan. Zijn werk had zoals we zagen in de late 19e eeuw een enorme impact op eigentijdse docenten en studenten van kunstacademie Minerva. In het tweede decennium van de twintigste eeuw werkte Van Goghs invloed eveneens door bij de kunstenaars van De Ploeg. De tentoonstelling maakt duidelijk dat ook Jan Wiegers, Jan Altink, Johan Dijkstra en Henk Melgers schatplichtig waren aan Van Gogh.
Op advies van ‘kunstpaus’ H.P. Bremmer, die ook richting gaf aan de kunstaankopen van Helene Kröller-Müller, begonnen enkele Groningse hoogleraren als Gerard Heymans in de vroege twintigste eeuw kunst van Van Gogh te verzamelen.

Zelfs in zijn stoutste dromen had Vincent het niet voor mogelijk gehouden dat zijn doek Veertien Zonnebloemen in 1924 door de Londense National Gallery zou worden aangekocht. Laat staan dat er anno 2025 in Groningen een hele reeks op zijn werk geïnspireerde doeken geschilderd door bewonderaars te zien zouden zijn! Ze zijn niet op de vingers van een hand te tellen.
Ook Van Goghs landschappen vonden navolging In de tentoonstelling is een hele wand ingericht met vlotte kleurrijke toets geschilderde impressies van het Groningse land geschilderd door o.a. Johan Dijkstra, Jan Altink en Henk Melgers.

Gezien op de Pan bij kunsthandel Mark Smit
Op de recente editie van de PAN waren ze te koop. Ik zag een kleurrijk doek van Henk Melgers met een impressie van Oogstende vrouwen op het Groninger land uit 1926 dat voor bijna 40.000 euro werd aangeboden bij kunsthandel Mark Smit. Met zijn doek Oogsten in Noord-Groningen bleef Johan Dijkstra in toets en kleur nog dichter bij zijn bewonderde voorbeeld. Daar was ook te zien dat Van Goghs invloed zich niet beperkte tot de kunstenaars in Groningen. Van Co Breman die tot de Larense School wordt gerekend, zag ik eveneens een onmiskenbaar op Van Gogh geïnspireerd zinderend landschap met Korenschoven uit 1926.

De werken van Vincent van Gogh en de daarop geïnspireerde schilderijen van Kunstkring de Ploeg zijn tot en met 3 mei te zien in het Groninger Museum.
Met werk van recent afgestudeerde studenten van Minerva krijgen de bezoekers in de laatste zaal een passende toegift. De besproken historische tentoonstelling was in 1896 ingericht in het huidige pand van Minerva aan de Praediniussingel, waar het Groninger Museum destijds was ondergebracht.
Om potentiële bezoekers te enthousiasmeren staat in de stationshal van Groningen een zogeheten luistercoupé waar je een teaser van de audiotour bij de tentoonstelling kunt beluisteren.
Verder lezen: M. Jansen e.a., Hoe Van Gogh naar Groningen kwam, catalogus Groninger Museum, Groningen, 2024.
Link: Het Groninger Museum