Gospel: Muzikale reis van Kracht en Hoop, t/m 10 april in Museum Catharijneconvent

Zangeres en co-curator Shirma Rouse zingt gospel. Foto Maarten Laupman

Met de nieuwe tentoonstelling Gospel: Muzikale reis van Kracht en Hoop laat het Catharijneconvent een krachtig nieuw geluid horen!
Hoe breng je muziek die eeuwenlang voornamelijk via mondelinge overlevering werd doorgegeven in een museale context in beeld?

Conservator Rianneke van der Houwen en gospelzangeres Shirma Rouse lieten zich inspireren door de muziek en elkaar: …’wij halen het beste in elkaar naar boven’… Dat is mooi, maar nog niet genoeg om zo’n complex onderwerp in een aansprekende tentoonstelling te presenteren. Een team van deskundigen stond hen bij.

Na een korte inleiding op de tentoonstelling neemt zangeres en co-curator Shirma Rouse de microfoon over. Voor de aula van het Catharijneconvent zich met haar prachtige stem vult licht Shirma toe dat Gospel voor haar a lifestyle is. Met een swingende vertolking van ‘I just want to praise you’ krijgt ze de aanwezige journalisten, eerst nog wat aarzelend, maar al snel handenklappend en swingend op de been.

Gelegenheid voor een verzoeknummer was er helaas niet, maar dat gemis werd in de klankkleurrijke expositiezalen ruimschoots gecompenseerd. Toegerust met koptelefoon en audiotour wandelt de bezoeker door de expositiezalen, waar steeds vanzelf aan het daar gepresenteerde onderwerp gerelateerde muziek doorkomt.  

De tentoonstelling is zeker ook aantrekkelijk voor jongeren, maar de doorsnee bezoekers van het Catharijneconvent, de 50-plussers, zullen veel Aha momenten beleven. Zij horen de liedjes terug die in de jaren ’60 nog op de lagere school werden gezongen: Go down Moses, Michael Row the boat ashore en Swing low, Sweet Chariot… Ook de gospelhits uit de jaren ’60 en ’70 zorgen voor nostalgie.  

Mahalia Jackson en anderen : Palaver ’64, Nederlands Bijbel Genootschap, 1965 Particuliere collectie

Zelf was ik er nog niet bij toen Mahalia Jackson in de Utrechtse Jaarbeurs de harten van 23.000 duizend protestantse jongeren veroverde. Met foto’s en video’s komt deze door het Nederlands Bijbelgenootschap georganiseerde jeugdmanifestatie weer tot leven. Voor haar als beroemde zwarte zangeres gingen deuren open die voor anderen gesloten bleven. Op de vraag hoe dat nou was antwoordt ze met haar typisch zuidelijke accent dat het geweldig was, maar … ‘at home I was just a negro woman’

Koorgewaad gedragen door leden van Friendship Gospel Choir, Baarn
Nederland 1992
Sophia Franklin en Edith Casteleyn

Ook haar eveneens in het kerkkoor geschoolde generatiegenoten Sister Rosetta Tharpe, Clara Ward en later ook Aretha Franklin kwamen de kerk uit en droegen hun liefde voor de Heer in hun gospels metterdaad uit. Aan deze kweekvijver van gospelzangers herinnert een met regenboogkleuren gesierd koorgewaad. De symbolische kleuren hadden nog niet de betekenis van nu, maar stonden voor de hoop dat God zal zorgen voor een nieuwe wereld. Het gewaad zelf stond voor de overtuiging dat voor God allen gelijk zijn; gelijke monniken, gelijke kappen.

Bij vele luisteraars en beoefenaars bracht gospelmuziek troost en blijdschap. Vooral in de kerk, maar later ook op concertpodia en in uitgaansgelegenheden. De carrière van veel zwarte zangeressen begon als gezegd in de kerk, zoals ook te zien in de Netflix serie Greenleaf.

Clara Ward, Gonna Build A Mountain, Philips, Nederland 1965, Particuliere collectie

Sister Rosetta Tharpe en Clara Ward droegen hun liefde voor de gospels niet alleen op concertpodia uit, maar ook in nachtclubs. Critici meenden dat hier een grens werd overschreden. Ook Mahalia Jackson ging dit te ver. Interessant is het interview waarin een witte dominee een nachtclubeigenaar aanspreekt op de in zijn ogen godslasterlijke optredens in nachtclub Sweet Chariot. De aangevallen man zegt het niet, maar ik denk aan de verhalen uit mijn jeugd: over een liefdevolle Jezus die zich om zondaren en eenvoudige van geest bekommerde.

In 1963 was ik oud genoeg om onder de indruk te raken van televisiebeelden van Dominee Martin Luther King’s Marsh to Freedom. In de aan dit onderwerp ingerichte kloostergang klinkt het uit aller kelen: We shall overcome; de tekst is geprojecteerd op een gebrandschilderd raam. Ook de beelden die in 1968 na de dodelijke aanslag op de voorvechter van de Civil Rights Movement werden uitgezonden staan nog op mijn netvlies gegrift. Dat de vrouw van de moordenaar ook Marina heette, bezorgde mij als kind plaatsvervangende schaamte.    

De tentoonstelling verduidelijkt de geschiedenis, de verspreiding en ontwikkeling van de gospelmuziek. Het muzikale genre, waarin de blijde boodschap van het Evangelie wordt bezongen, vindt haar oorsprong in de spirituals. De liederen die slaafgemaakten op de katoenplantages in de zuidelijke staten zongen om het zware werk te kunnen volhouden. Het zorgde niet alleen voor een ritme waarop de arbeid ‘lichter’ viel, maar ook voor kracht en hoop.

The Great Migration
Na afschaffing van de slavernij in de Verenigde Staten in 1865 trokken velen noordwaarts in de hoop op een beter bestaan. Behalve wat schamele materiële bezittingen ging gospelmuziek als geestelijke bagage mee. In de twintiger en dertiger jaren kwam het genre ook in het noorden tot bloei. Bestaande maar ook nieuwe gospels worden in 1921 in de bundel Gospel Pearls bijeengebracht.  Dan wordt ook de term gospel gangbaar voor liederen die voorheen meest als spirituals aangeduid werden.  

Storefront Church Russel Lee, Chicago 1941, Washington, D.C., Library of Congress

In leegstaande winkelpanden, de zogenoemde storefront churches, organiseerden de migranten hun eigen kerkdiensten. De luidruchtige met muziek en handgeklap begeleide diensten vonden in de ogen van veel eigentijdse gelovigen geen genade. Tegenwoordig is dat wel anders; in New York kun je deelnemen aan een gospeltour; een excursie naar een zwarte kerkdienst in Harlem en Brooklyn.

Religie en muziek hield menigeen op de been, want ook al was de slavernij afgeschaft de voormalige slaafgemaakten werden voortdurend achtergesteld. Door invoering van de segregatie wetten werden de Afro-Amerikanen gescheiden van de witte Amerikanen. Die wetten werden naar een eigentijds spotlied over zwarten, vertolkt door een witte man met een black-face, Jim Crow wetten genoemd. Racisme was en is diepgeworteld in de VS en helaas ook nog op veel andere plaatsen.

De tentoonstelling gaat slechts zijdelings in op het slavernijverleden. Vorig jaar besteedden  verschillende musea, waaronder het Rijks, daar in het kader van de herdenking van de afschaffing van de slavernij al veel aandacht aan en 2023 wordt het herdenkingsjaar Slavernijverleden. In het Catharijneconvent ligt de focus op de muziek en wat die muziek teweegbracht.

In een van de zalen worden authentieke trommels getoond. Van oudsher gaven deze het ritme van de muziek aan. Op de plantages in Zuid-Amerika en Suriname werden de drums ook als communicatiemiddel gebruikt. Niet alleen om onderling boodschappen door te geven, maar ook om contact te krijgen met de geesten van voorouders. Omdat trommels in de VS verboden waren, werden de spirituals in de kerk begeleid door handgeklap en gestamp. Tegen de wand worden beelden geprojecteerd van de film die Gershwin Bonevacia over dit onderwerp maakte. 

De Blauwe Schuit: Paul Robeson zingt,  Hendrik Nicolaas Werkman (drukwerk), Hendrik Marsman (gedicht), december 1942, Den Haag, KB, de nationale bibliotheek 

En ook in Nederland wint de gospel terrein. In een van de vitrines zijn muziekboeken te zien, waaronder een uitgave van nieuwe gospels geschreven door Paul Robeson. De omslag van een gedicht door Hendrik Marsman, Paul Robeson zingt, wordt gesierd met een portret van een zingende zwarte man door Ploeg kunstenaar Hendrik Werkman. Tussen de geëxposeerde boeken en bundels ontdek ik een voor een speciale doelgroep uitgegeven versie van de Heilige Schrift: de Slave Bible, ja zo luidt de titel echt, uit 1807. Om te voorkomen dat de lezers op rebelse ideeën zouden komen zijn hele hoofdstukken weggelaten. De uittocht uit Egypte van het onder slavernij gebukt gaande volk van Israël ontbreekt. Ook veelzeggende passages uit Paulus Brieven aan de Galaten, waarin hij spreekt over  christelijke vrijheid, ontbreken, zoals: …Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus” … u bent geen slaaf meer …’.

Rode Draad
De ontwikkeling van de gospelmuziek loopt als een rode draad door te expositie. Steeds weer vormden de oude spirituals een inspiratiebron voor nieuwe muziekgenres. Film- en muziekfragmenten geven voorbeelden van Jazz, rock-‘n-roll, soul, pop, r & b en hedendaagse hiphop. In ons land begon de waardering voor gospels in het laatste kwart van de 19e eeuw.

The Jubilee Singers of Fisk University VS (Photo by Hulton Archive/Getty Images)
Buste Koning Willem III

Bezoekers horen en zien hoe de Fisk Jubilee Singers Nederland in 1877  ‘van Goes tot Leeuwarden’ lieten kennis maken met de spirituals. Ze traden zelfs op voor Koning Willem III, wiens portretbuste in deze sectie getoond wordt naast een foto van de zangers. Met hun optredens zamelden zij geld in voor de Fisk University, waar voormalig slaafgemaakten konden studeren.

Een kleine 100 jaar later werd Oh Happy Day van de Edwin Hawkins Singers een wereldhit. Gevolgd door Aretha Franklin met haar vertolking van Amazing Grace. Van troostrijke muziek in de dagen van de slavernij en de eerste decennia na de afschaffing daarvan, wordt gospelmuziek steeds populairder en steeds meer een vehikel voor protest tegen maatschappelijke ongelijkheid en onrecht.                
Een met platenhoezen beklede wand geeft een visuele samenvatting van de meest uiteenlopende gospelzangers en witte musici voor wie zwarte muziek een inspiratiebron was. Van vroege thans minder bekende namen tot Elvis Presley’s gospelalbum How Great though art heruitgegeven in 1987,  Whitney Houston’s The Preacher’s Wife uit 1996 en Simon and Garfunkel’s  Bridge over Troubled Water uit 1970 om enkele namen te noemen. En meer recent: MC Hammer met Pray, 1990, Kanye West, Jesus Walks uit 2004 en Snoop Dog’s Bible of Love uit 2018. Tevergeefs zocht ik naar Dusty Springfield of is zij wegens toe-eigening inmiddels weggesaneerd? Haar authentieke vertolking van Son of a Preacherman bezorgde haar in 1968 de eretitel queen of white soul.

Voor het hier en nu laat de expositie rapper Typhoon aan het woord. Voor hem is muziek een spreekbuis voor de overtuiging: Black Lives Matter. Enkele originele spandoeken, die in protestmarsen werden meegedragen hangen nu in het Catharijneconvent.

Slotakkoord vormt een video-installatie van Emma Lesuis, met een impressie van gospel in Nederland. In vier kerken in ons land filmde zij samenkomsten waarin gospelmuziek nog altijd een belangrijke rol speelt. Gospel was en blijft een muziekvorm, waarin mensen goddelijke inspiratie ervaren en een boodschap van geloof, hoop en liefde uitdragen.

Museum Catharijneconvent :  Gospel, muzikale reis van kracht en hoop                                                     

Geverifieerd door MonsterInsights