Heeft u de spectaculaire landing van de Gouden koets op de binnenplaats van het Amsterdam Museum gemist? Terugkijken kan, maar een bezoek aan het Amsterdam museum, waar dit vorstelijke rijtuig na een grondige restauratie staat te pronken, is natuurlijk leuker! In de tentoonstelling wordt de rijke geschiedenis van de Gouden Koets letterlijk en figuurlijk van alle kanten belicht. In zes tentoonstellingszalen kan de bezoeker zich verbazen over de pracht en praal van de rijkversierde koets, die in 1898 door het volk van Amsterdam werd aangeboden aan koningin Wilhelmina.
Geschiedenis en restauratie
Het voertuig werd tot 2015 op hoogtijdagen als doop- en huwelijksplechtigheden van stal gehaald. Sinds 1903 laat het staatshoofd zich op Prinsjesdag naar de Ridderzaal rijden. Tijdens deze sprookjesachtige rit worden passagier en koets toegewuifd door talloze belangstellenden. Tot zover het sprookje, want over de koets is wel meer te vertellen.
In de tentoonstelling ontmoet de bezoeker de bedenkers, bouwers en toeschouwers, maar ook demonstranten, nazaten van de mensen die op de koets staan afgebeeld en de gebruikers: de Oranjes. Er wordt onder meer ingegaan op de betekenis van de beschilderde panelen en de symbolische ornamentiek; zoals de ‘spaken’ van de wielen die -ontleend aan de Franse iconografie- als stralen rond de zon draaien. Volgens een eigentijdse waarnemer het symbool van de glans die van het koninklijk huis uitstraalt. De voorstellingen op de beschilderde panelen wekken behalve bewondering ook boosheid. Waarover straks meer.
Tijdens een rondleiding vertelt conservator Thijs Boers in bevlogen bewoordingen over the making of en vooral de restauratie van de Gouden Koets. Zowel bij de bouw, als bij de restauratie waren vele handen betrokken. In de documentaire die 16 juni jl. werd uitgezonden, was te zien hoe diverse losse onderdelen van de gedemonteerde koets naar ateliers in den lande werden gebracht om door experts onder handen te worden genomen.
In de tentoonstelling wordt, na gedetailleerde uitleg over de bouw door de firma Spijker, uitgebreid aandacht besteed aan de noodzaak tot restauratie.
Van de carosserie, het goudvergulde houtsnijwerk, de schilderingen, het fraai bewerkte leder van de treeplankjes en de door nijvere weesmeisjes geborduurde interieurbekleding; werkelijk alles was tot op de draad versleten! Met de plaatsing van de koets op de binnenplaats van het burgerweeshuis is de cirkel rond.
Historisch gezien is de uitgebreid gevisualiseerde kijk op één eeuw Amsterdamse geschiedenis interessanter. Na een boeiende inleiding, waarbij de bezoeker soms al een tantaliserende blik op de koets vergund wordt, bereik je uiteindelijk de binnenplaats waar de koets in een glazen behuizing van alle kanten bezichtigd kan worden.
De tentoonstelling laat zien hoe in de tweede helft van de twintigste eeuw naar de koets werd gekeken. Velen zullen zich de provocaties en protesten herinneren rond het huwelijk van prinses Beatrix en Claus von Amsberg. Rijdend door Amsterdam werd de koets in 1966 door een rookbom aan het zicht onttrokken. Tijdens de huwelijksrit van prins Willem Alexander en zijn Argentijnse bruid spatte in 2002 zelfs een verfbom tegen de koets uiteen…
De expositie laat zien dat er van meet af aan oppositie tegen de plannen voor deze kostbare koets bestond. Om de geraamde kosten, zo’n 7000 gulden, te dekken werden via crowdfunding avant la lettre ‘aandelen’ ter waarde van een kwartje uitgeschreven. Deze werden vooral door arbeiders in de Jordaan gekocht, de buurt waar het idee voor een geschenk in de vorm van een koets was ontstaan. Voor een arme arbeider, die een weeksalaris van f 1,25 ontving, was een kwartje destijds een enorm bedrag.
Het wekt nog steeds verbazing dat in een stad waar de politieke kleur veeleer rood dan oranje was, juist bij de werkende klasse veel animo bestond voor zo’n duur vorstelijk geschenk. De koets was bedoeld voor de inhuldiging van koningin Wilhelmina, maar op die dag wenste zij het geschenk niet in ontvangst te nemen. Een dag later nam de vorstin de koets alsnog in ontvangst tijdens een bijeenkomst in het Paleis voor Volksvlijt in Amsterdam. Op 7 februari 1901 werd het rijtuig voor het eerst gebruikt, tijdens de huwelijksdag van Wilhelmina en prins Hendrik.
Het model, een zogenoemde Berline en de overdadige versieringen zijn geïnspireerd op het rijtuig van Koning Karel X van Frankrijk uit 1825, zoals op afbeeldingen in de expositie te zien is.
Terug naar het hier en nu.
Werden de protesten in het verleden vooral door anti-monarchistische sentimenten gevoed, vandaag de dag komen ze uit de hoek van de BLM beweging, waarbij vooral de beschildering aan de linkerzijde van de koets het moet ontgelden. Het Amsterdam museum biedt een podium aan de meerstemmige kijk op de Gouden Koets toen en nu. In het begeleidend boek gaat Karwan Fatah- Black, universitair docent aan de Universiteit van Leiden, in op de zwarte kant van deze voorstelling.
In het door Nicolaas van der Waay beschilderde paneel brengen de koloniën hulde aan het moederland. Rechts van de Hollandse Stedemaagd knielt een zwarte man met bananen voor haar neer. Twee wapenschilden tonen een driemaster met volle zeilen en een met een door een lauwerkrans omhuld zwaard. Een in Romeins gewaad gehulde witte man geeft een leerboek en schrijfstift aan een zwart jongetje, dat door zijn dankbare ouders gepresenteerd wordt. Ter linkerzijde van de Stedemaagd staan Javaanse bedienden. Aan hun voeten een dociel gebogen figuur, met deemoedig gevouwen handen.
Er is niet veel inlevingsvermogen nodig om te begrijpen dat mensen van kleur deze voorstelling, waarin de scheve gezagsverhoudingen overduidelijk zijn, als kwetsend of vernederend ervaren. De voorstelling verbeeldt echter wel geschiedenis. Geschiedenis kun je niet uitwissen, maar historische voorstellingen kun je wel lezen als documenten van een voorbije tijd. Zoals het verleden op de koets verbeeld is werd er in die tijd over kolonialisme gedacht. Zo zagen de Nederlanders hun positie op het toneel van de wereldhandel; zo beschouwden zij hun medemensen op de verre door de Hollanders gekolonialiseerde kusten.
Velen geloofden destijds in de opdracht om middels educatie, onderricht in het christelijk geloof, gezondheidszorg en aanleg van infrastructuur beschaving in de overzeese gebiedsdelen te brengen. Nu weten we dat het vooral ging om winst te maken voor het vaderland.
Middels het gewraakte propagandistische paneel Hulde aan de koloniën komt ook het verhaal van het Slavernij verleden in beeld, waarmee de tentoonstelling aansluit bij de nog t/m 31 augustus lopende Slavernij tentoonstelling in het Rijksmuseum. Beide exposities nodigen de bezoeker uit tot reflectie.
Evenals in het Rijks liet een aantal eigentijdse kunstenaars met diverse achtergrond zich in het Amsterdam Museum door het slavernijverleden inspireren. Resulterend in bevragende, ontluisterende en soms ook ontroerende creaties. Tijdens de voorbezichtiging stond ik ineens oog in oog met een ‘oude bekende’: Elisabeth Moendi. Haar portret was in de grote Suriname tentoonstelling ook te zien. In de late 19e eeuw ging zij in Paramaribo scheep naar Amsterdam, waar zij in 1883 als bewoner van de kolonie Suriname op het tot Wereldtentoonstelling ingerichte museumplein als een levende bezienswaardigheid werd tentoongesteld. Nelson Carrilho, die in Moendi zijn voormoeder herkende, heeft in de huidige expositie een altaar voor haar opgericht. Haar fotoportret wordt geflankeerd door een schilderij van een gekruisigde zwarte figuur en een drietal bronzen voorouderbeeldjes.
De Indonesische kunstenaar Ishwanto Hartono toont in zijn Colonies uit 2017 letterlijk en figuurlijk de schaduwkanten van het koloniale verleden. Daartoe trok hij de lijnen van het paneel Hulde aan de koloniën met staaldraad over; ze werpen een zwarte schaduw op de muur.
Bijtender is de kritiek van AiRich, die in haar eveneens op het Hulde paneel geïnspireerde BLOODY GOLD beelden projecteert, die zij ontleende aan de illustraties uit het boek van ‘slavenjager’ John Gabriel Stedman, Reizen naar Suriname etc.
Tenslotte
Het is de vraag of de koets in een museum blijft of ooit weer gaat rijden. Dit hangt (mede) af van de discussie. Bezoekers van de tentoonstelling worden uitgenodigd hun mening hierover te geven. De resultaten zullen aan de koning worden aangeboden. Ons staatshoofd, die de restauratie uit eigen middelen betaalde, zal hierover beslissen, aldus het museum. Maar ook jouw stemt telt: bezoek de tentoonstelling en geef je mening! Tentoonstelling de Gouden Koets t/m 27 februari 2022 in het Amsterdam museum.
Beluister ook de podcast van cultuurhistoricus Anne Petterson van NPO De Dag .
Ga voor meer informatie, als het kleurrijke publieksprogramma, met lezingen, een symposium en de online talkshow AM LIVE naar www.amsterdammuseum.nl en/of www.goudenkoets.nl