Nooit in Bologna geweest en ook niet van plan daar naar toe te gaan ? Reis dan in de geest met mij mee naar la Grassa, of zo je wilt la Dotta. Bijnamen van de oudste universiteitsstad op het westelijk halfrond, gesticht in 1088. Respectievelijk de vette, niet in de huidige betekenis als superlatief voor iets ‘cools’, maar duidend op welstand en la Dotta, tja, dat kan alleen maar de geleerde betekenen.
Bologna is een bruisende studentenstad, zoals wij ‘s nachts in onze B & B met kamer aan een ogenschijnlijk doodstille straat, helaas ondervonden. Vroeg uit de veren dus, maar dat moest toch wel gezien het programma dat wij voor deze midweek hadden opgesteld.
We begonnen met een bezoek aan de San Petronio, een kolossale gotische kerk aan het Piazza Maggiore, gewijd aan de beschermheilige van de stad, wiens feestdag 4 oktober, toevallig samenvalt met die van mijn vorige protagonist, Franciscus van Assisi. Petronius reisde in zijn jonge jaren naar het heilige land. In 432 werd hij gewijd tot bisschop van Bologna. Zijn attribuut een kerkmodel verwijst naar de diverse door hem gestichte kerken. In 450 vond hij zijn laatste rustplaats in de San Stefano; een van de 7 vroegchristelijk kerkjes die ook een belangrijke bezienswaardigheid vormen.
Terug naar de San Petronio. Wanneer je de kerk via het hoofdportaal in de onvoltooid gebleven façade betreedt, sta dan even stil bij de vroeg 15e eeuwse reliëfs met oudtestamentische scènes door Jacopo della Quercia. Ze vormden een bron van inspiratie voor Michelangelo.
Door toedoen van paus Pius IV bleef de façade onvoltooid. De San Petronio zou de Sint Pieter in Rome naar de kroon steken !
Binnen sta je op historische grond: in 1530 werd Karel de V hier tot keizer gekroond en tijdens het Concilie van Trente (1535-63) kwamen de bisschoppen ook hier in vergadering bijeen. Staand in de immense binnenruimte zie ik deze historische beelden voor mijn geestesoog verschijnen ! Interessant is de enorme zonnewijzer aangebracht in het plaveisel van de kerk; rond het midden van de 17e eeuw ontworpen door Giovanni Domenico Cassini. Na uitbreiding van de kerk herstelde hij de reeds in de 16e eeuw voor didactische doeleinden aangebrachte meridiaan, die dwars over de kerkvloer loopt.
Evenzeer interessant zijn de fresco’s in de Cappella dei Re Magi. Koop even een apart kaartje om de vroeg 15e eeuwse fresco’s door Giovanni da Modena goed te kunnen bekijken. Indrukwekkend is de ‘Boschiaanse’ scène gebaseerd op Dante’s Inferno, waarin een afzichtelijke behaarde duivel zondaren verslindt, die hem vervolgens langs de natuurlijke weg weer verlaten. Rechtsboven dit duivelse monster bevindt zich de scène waarin Mohammed verscheurd wordt door demonen, welke enige jaren geleden aanleiding gaf voor een voorgenomen, maar verijdelde aanslag door moslimextremisten…..
Op het Piazza Maggiore bevindt zich een fontein met het boegbeeld van Bologna: de prachtige Neptunus, van Giambologna de als Jean de Boulogne geboren maniërist. Hij leefde zich uit in het weergeven van de geprononceerde musculatuur en de moeilijke houding van de god van de zee, die balancerend op één voet, (voorbij aan het het Renaissance ideaal van stand-en-spilbeen ) het hele plein domineert !
Ook bezochten wij het Archiginnasio, de bakermat van de Universiteit van Bologna, met het anatomisch theater en de naar Joachino Rossini’s Stabat Mater vernoemde gehoorzaal. De Universiteits bibliotheek van Bologna is hier eveneens gehuisvest. In de 16e eeuw gebouwd in opdracht van Paus Pius IV. In het met lambrizeringen betimmerde anatomisch theater herinneren een wit marmeren snijtafel en sculpturen van -ter bestudering van de musculatuur- gestripte mannen, aan de didactische taferelen van weleer.
Op advies van onze gastvrouw ondernamen wij een pelgrimage naar het Sanctuaria di San Luca; een pelgrimskerk hoog boven de stad, die de echte pelgrim te voet bereikt via een bijna 4 kilometer lange overdekte colonnade. Deze werd speciaal ontworpen ter bescherming van de icoon die tijdens een processie langs dit steile traject naar boven werd gedragen. Wie geen boete wil doen kan beter een taxi nemen om niet amechtig aan te komen bij de Madonna di San Luca.
In de barokke kerk voert een trap naar een klein podium op het koor, waar je even kunt mediteren, bidden en/of een foto maken van de ikoon, wier beeltenis van de maagd Maria teruggaat op het oerbeeld dat geschilderd zou zijn door de evangelist Lucas. Vanachter een risa, de bekleding met verguld zilverbeslag, lijkt zij, samen met haar ouwelijke kindje, de devote beschouwers te begluren, terwijl deze na het slaan van een kruis hun gebeden tot haar richten. Volgens de overlevering werd deze ikoon door een pelgrim meegebracht uit Constantinopel. Let op de sieraden die smekelingen haar in ruil voor bijstand hebben geschonken en geniet daarna van het fraaie uitzicht en de rust !
Gastronomia Bolognese
In Bologna wilden wij de beroemde spaghetti alla Bolognese ook wel eens proeven. ‘No, no’, zei onze gastheer; ‘spaghetti alla Bolognese non esista’, bestaat niet, ‘è un mito’. Het is een wijdverbreide mythe !
Teleurgesteld gingen we toen maar op zoek naar een pizza Bolognese. Bij bestudering van het menu bleek zijn bewering onjuist: in een restaurantje op de incrocio Montegrappa stond tagliatelle Bolognese wel degelijk op het menu! In dit ristorante, zwaait een aardige identieke tweeling (‘gemelli identiche’) zeer gastvrij de scepter. Met hun fraai in jaren ‘60 stijl gekapte identieke hoofden en precies dezelfde gulle glimlach, waren zij slechts aan hun verschillend gekleurde truitjes te herkennen. Aanrader voor een goede Italiaanse maaltijd genoten in een sfeervolle omgeving. Heel anders dan het ons aanbevolen veel duurdere da Nello, gerund door ongastvrij, arrogant personeel.
Behalve voedsel voor de inwendige mens heeft Bologna veel geestelijk voer te bieden. Voor oude kunst kun je je hart ophalen in de Pinacoteca Nazionale, vlakbij de Due Torri, waarover zo meer. In het voormalige Jezuïetenklooster van Sant’Ignazio zijn werken van de 13e t/m de 18e eeuw te zien. Schilderijen van Giotto en tijdgenoten, 14e eeuwse fresco’s, en werken uit de periode van het Humanisme en de Renaissance van kunstenaars als Rafaël, Perugino, Carracci, maniëristen als Vasari en Parmiggianino en barokke meesters als Guido Reni. Na een ochtend (let op, het museum sluit al om 13.30), kun je in deze studentenwijk voor un tozzo di pane; voor een appel en een ei, een kop koffie met een panino gebruiken om krachten te verzamelen voor de volgende bezienswaardigheid; het beklimmen van de Torre degli Asinelli, de Bolognese tegenhanger van het torentje van Pisa. Na 500 treden wordt je letterlijk en figuurlijk adembenemend beloond met een wijds uitzicht !
Voor liefhebbers van moderne en eigentijdse kunst is een bezoek aan het Mambo, het Modern Art Museum van Bologna een must. Een ruim en licht museum ondergebracht in een voormalige broodfabriek, waar behalve het Museo Morandi ook moderne en eigentijdse kunst vanaf WO II te zien is, met onder andere voorbeelden van Minimal Art en Arte Povera. Via Don Minzoni 14. Wie geïnteresseerd is in de ontstaansgeschiedenis van Bologna moet in het Palazzo Pepoli zijn. Hier is de ontwikkeling van de stad deels gepresenteerd aan de hand van moderne beeldmiddelen, vanaf de stichting in de Etruskische tijd tot nu te volgen. In een ‘virtueel theater’ stap je via een 3D-film zo in de geschiedenis van Bologna !
En verder terug in de tijd kunt u naar het Museo Civico Archeologico aan de Via dell’Archiginnasio, waarover ik hierboven al schreef. Hier tref je een boeiende, maar ouderwetse encyclopedische opstelling aan van Pre-historie, Egyptenaren, Etrusken, Grieken en Romeinen. Verrassend was de prachtige tentoonstelling, Egitto Splendore Millenario capolavori da Leiden a Bologna, waar het verhaal van het oude Egypte aan de hand van prachtige artefacten, teksten, mummiekisten en mummies tot 17 juli a.s. verteld wordt. Om deze tentoonstelling te zien non è necessario andare a Bologna, hoef je niet perse naar Bologna te reizen. De tentoonstelling is tot stand gekomen in samenwerking met het RMO in Leiden. Een groot aantal objecten zal daar vanaf 6 oktober te zien zijn in een nieuwe vaste opstelling.
Wie even genoeg heeft van musea (..) bezoeke het complesso monumentale di Santa Maria della Vita, wier barokke koepel het stadsbeeld domineert.
De stichting van deze kerk gaat terug op de reis die Raniero Barcobini Fasani in 1260 maakte. Zichzelf geselend onder het uitroepen van Pace, Pace, kwam hij vanuit Perugia aan in Bologna. Hij stichtte de orde der Battuti Bianchi, de frati flagellanti. Naast zelfkastijding hielden deze flagellanten zich bezig met de verzorging van zieken en pelgrims in hun gasthuis. Het aanpalende kerkje gewijd aan San Vito, werd wegens de vele genezingen omgedoopt tot ‘chiesa della Vita’. Deze middeleeuwse stichting groeide uit tot het huidige kunstrijke complex (toch weer een museum !) van Santa Maria della Vita annex oratorium.
De belangrijkste bezienswaardigheid is de laat 15e eeuwse terracotta beeldengroep van Niccolò dell’Arca. Een expressieve bewening, waarbij de beeldhouwer alle registers van verdrietige emoties heeft open getrokken. Als je goed naar de verbijsterde, door verdriet overmande figuren kijkt, kun je bijna horen hoe hoe ze het uitschreeuwen. Letterlijk en figuurlijk ongehoord voor een kunstwerk uit de 15e eeuw. Het suggereren van dergelijke gemoedstoestanden geschilderd op het platte vlak is al knap, maar het driedimensionaal uitbeelden van dergelijke emoties was volkomen nieuw in die dagen.
Van links naar rechts: Jozef van Arimathea met hamer en nijptang, waarmee hij zojuist de spijkers uit Jezus handen en voeten heeft verwijderd. Direct naast hem staat Maria, de moeder van de zonen van Zebedeus (Jacobus de Meerdere en Johannes de Evangelist); ontzet knijpt zij in haar bovenbenen. Aan haar rechterzijde staan de handenwringende Madonna en Johannes, die sprakeloos zijn hand in een traditioneel gebaar van treurnis voor de mond geslagen heeft. Maria Cleophas probeert met haar handen tevergeefs het kwaad en onrecht af te weren en over Maria Magdalena de boetvaardige zondares, lijkt een stormwind te razen. Zij geeft in een welhaast macabere dans uiting aan haar verdriet. In schril contrast met deze dynamische figuren ligt daar heel sereen en verstild de gekruisigde op een met fraaie textiel bekleed bed.
Bijbelvasten onder de lezers zullen één figuur missen. De grote afwezige is Nicodemus, de ongelovige die hielp bij het overbrengen van het lichaam naar het graf. Volgens de overlevering droeg zijn beeld de gelaatstrekken van Giovanni Il Bentivoglio, een hoge piet in Bologna, wiens beeld na inname van de stad door Paus Jullius II in 1506 werd vernietigd om de herinnering aan deze voormalige signore (alleenheerser) van de stad, uit te wissen.
Eveneens bijzonder en in 1568 reeds bezongen door Vasari in diens Vite, is een beeldengroep uit 1522 in het oratorium, met het Ontslapen van de Maagd Maria, door Alfonso Lombardi. Een wervelende, uiterst realistische verbeelding geplaatst tegen een prachtige trompe-l’oeil; een bedrieglijk echt, maar geschilderd architectonisch décor. In de voorgrond ligt de ongelovige Hebreëer, die volgens de legende probeerde de baar omver te werpen. God strafte direct: zijn beide handen werden afgehakt. De man, zeer onthand, kwam echter meteen tot geloof, waarna een engel zijn handen weer vastplakte !
Tot slot noem ik nog even de tentoonstelling over Edward Hopper in het Palazzo delle Esposizioni. De expositie met ca. 60 werken, variërend van Parijse aquarellen, landschappen en stadsgezichten van de jaren ‘60 tot mooie beelden van desolate Amerikaanse landschappen en eenzame individuen is nog tot 24 juli in 2016 in Bologna te zien.
Dit en meer, zagen wij in Bologna !
Hopelijk heeft u met mijn verslag een goede virtuele reis naar Bologna gehad en mochten deze regels u geïnspireerd hebben om daadwerkelijk naar la Dotta af te reizen: dan zeg ik:
Buon Viaggio e a presto !